Lange tijd wonen in Nederland maakt het lastig terug te keren naar Suriname

Veel Surinamers die jarenlang in westerse landen zoals Europa of Amerika hebben gewoond, worden geconfronteerd met een complex dilemma wanneer zij overwegen terug te keren naar Suriname.

Na een stabiel leven opgebouwd te hebben in bijvoorbeeld Nederland, waar zekerheid en kansen ruimschoots aanwezig zijn, blijft het hart toch trekken naar de warmte, cultuur en de sterke familiebanden van het geboorteland.

De emotionele band met Suriname is diepgeworteld, maar de realiteit van terugkeer is vaak gecompliceerder dan verwacht.

Bij aankomst in Suriname ervaren velen een ‘honeymoon periode’, waarin de hereniging met de cultuur en geliefden voorop staat. Echter, na deze initiële fase worden zij geconfronteerd met de dagelijkse realiteit en de tekortkomingen van het land van hun roots.

De infrastructuur, gezondheidszorg en economische vooruitzichten, vaak minder ontwikkeld dan in hun westerse woonland, kunnen leiden tot frustraties. Ook de lagere lonen en het verschil in levensstandaard zijn factoren die een permanente terugkeer naar Suriname bemoeilijken.

Deze Surinamers leven als het ware in twee werelden. Aan de ene kant is er de stabiliteit en voorspelbaarheid van een leven in Nederland, een land dat zekerheid en structuur biedt. Aan de andere kant is er de warmte en gemeenschapszin van Suriname, elementen die in het dagelijks leven in Nederland soms ver te zoeken zijn.

Deze emotionele tweestrijd zorgt voor een innerlijk conflict: het verstand zegt dat een leven in Nederland meer zekerheid en kansen biedt, maar het hart blijft verlangen naar de warmte en gemeenschap van Suriname.

Eenmaal gewend aan de levensstandaard in het westen, vinden veel Surinamers het lastig om over te schakelen naar de realiteit van een land dat, objectief bekeken, nog veel uitdagingen kent.

Het is deze complexe balans tussen emotionele verbondenheid en rationele overwegingen die de beslissing om terug te keren naar Suriname zo gecompliceerd maakt. Terwijl ze worstelen met deze tweestrijd, blijft voor velen de vraag onbeantwoord: waar hoor ik echt thuis?