Mones – een man met een sociaal hart voor de medemens

Haidaralie Nazarali, bij velen bekend als Mones, werd op zondag 3 november 1968 om vier uur ’s ochtends geboren in Groot-Henarpolder, district Nickerie.

Hij groeide daar op tot zijn vijfde levensjaar, in een omgeving zonder elektriciteit en stromend water.

“Na de dood van mijn vader zijn wij verhuisd naar Nieuw-Nickerie,” vertelt hij aan MooiSuriname.

Zijn moeder, toen 35 jaar oud en alleenstaande moeder van zeven kinderen, begon te werken bij Surland, dat nu bekendstaat als FAI.

Het was een moeilijke overgang. “We hadden het heel zwaar, we waren heel arm. Het huis dat we hadden op Groot-Henar, samen met zes hectaren grond, heeft mijn moeder toen verkocht voor 1200 gulden. Met dat geld is het huis gebouwd waar ik nu al meer dan vijftig jaar woon.”

De jonge Mones moest al vroeg zelfstandig worden. “Toen ik negen jaar was, begon ik voor mezelf te zorgen. Ik maakte percelen schoon en waste auto’s. Zo verdiende ik mijn zakgeld.”

Elke zaterdag verkocht hij spullen onder de markt, iets wat hij tot zijn vijftiende jaar deed. Tijdens zijn Mulo-tijd begon hij ook huis aan huis popsicles te verkopen met een popsiclewagen. “Zo bracht ik ook geld naar huis om mee te helpen met het huishouden,” zegt hij.

Mones op de grond met zijn nichtjes en neefjes bij zijn popsiclewagen

 

Na zijn Mulo-jaren vertrok Mones naar Paramaribo, waar hij zeven jaar diende bij het leger. Daarna werkte hij bij het Domeinkantoor. Uiteindelijk keerde hij terug naar Nickerie.

Wat hem bijzonder maakt in het sociaal-maatschappelijke werk, is zijn achtergrond.

“Ik ben heel arm opgegroeid. We kochten nooit kleren in de winkel. We kregen kleding van anderen – familieleden, mensen die het beter hadden – en dat mocht ik dan dragen.”

Zijn ervaringen als kind vormen tot vandaag de dag zijn drijfveer. Al 22 jaar is hij actief in de mediawereld, en hij ziet dat werk ook als een manier om anderen te helpen.

Daarom roept hij vaak op om gebruikte kleding, schoeisel en andere spullen te doneren, zodat hij deze kan geven aan mensen die het hard nodig hebben.

Terugkijkend op zijn verleden, beseft hij dat het hem heeft gevormd tot iemand met een sociaal hart. Die levenshouding heeft hij naar eigen zeggen te danken aan zijn moeder.

“Van mijn wijlen moeder, die op 15 april 82 jaar zou worden, heb ik geleerd om mijn handen niet uit te strekken om te vragen, maar juist te gebruiken om te geven. Om anderen blij te maken.”

Mones en zijn vrouw zijn beiden ambtenaar. “Twintig procent van ons inkomen gaat terug naar de gemeenschap,” zegt hij.

Een deel van dat geld gaat ook naar de begraafplaats waar zijn moeder ligt. “Ze zei altijd: ‘Laat mij niet in het bos achter.’ Daarom onderhoud ik die plek uit eigen middelen.”

Zijn maatschappelijke betrokkenheid komt ook tot uiting in zijn politieke keuze.

“Ik ben naar de ABOP gegaan, omdat het een partij is met een hart voor sociaal zwakkeren. De vice-president betaalt bijvoorbeeld begrafenis- en medische kosten voor degenen die het niet kunnen permitteren. Zo’n president of vice-president heb ik nog niet eerder meegemaakt.”

Tot slot geeft hij aan zich sterk te maken voor de positie van DNA-kandidaat. Als hij gekozen wordt, wil hij een deel van zijn inkomsten teruggeven aan de sociaal zwakkeren.